06 dec In gesprek met de Amerikaanse gitarist John Stannard
In gesprek met de Amerikaanse gitarist John Stannard
“Ik leer nog steeds nieuwe dingen op mijn gitaar”
Door Harry de Jong
Hij hoort bij de laatste nog levende briljante countrygitaristen van een voorbije generatie. Wat dat betreft mag John Stannard (57) met recht een fakkeldrager worden genoemd. Hij houdt de eer hoog van legendarische snarenplukkers als de in 2001 overleden Roy Nichols. Diens evenknie Don Rich van the Buckaroos ging de pijp al uit in 1974. Maar Stannard is nog volop actief. De komende weken gaat hij zelfs op tournee met Marty Haggard, een van de zingende zoons van country-icoon Merle Haggard. En dat is dan weer mooi, want Roy Nichols speelde in de band van Haggard senior. En zo is in zekere zin de cirkel toch weer rond.
Stannard is een geboren en getogen Engelsman, maar woont al jaren in Texas. Ten tijde van dit interview is hij net terug van een vakantie in zijn geboorteland. Daar woont nog altijd zijn goede vriend Dave Hartley, een man die op de pedal steelgitaar net zo virtuoos te keer kan gaan als Stannard op zijn Telecaster. In Hartley’s studio aan huis heeft het tweetal tientallen video’s gemaakt en die zijn inmiddels bescheiden hits op You Tube, waar ze ettelijke tienduizenden malen zijn bekeken. Maar de sobere filmpjes zijn dan ook prachtig: Hartley en Stannard weten van elk nummer een luisteravontuur te maken door hun inventieve solo’s. Met elke noot schieten ze raak, bij wijze van spreken.
,,Het is voor ons echt een verrassing dat die video’s zo vaak bekeken worden,’’ lacht Stannard. ,,Het is begonnen als grap. Dave liep wat te klooien met een camera en vervolgens kwamen we op het idee ons gitaarspel vast te leggen. We studeerden niks in, alles ging spontaan. Ja, dat is de kracht van internet. Mensen in de hele wereld kunnen zien hoe die twee kerels in dat schuurtje in een dorpje in Oost-Engeland gezellig zitten te musiceren. Prachtig om te lezen hoe iemand uit Australië z’n waardering voor onze muziek niet onder stoelen of banken steekt. Veel muzikanten van mijn leeftijd vinden internet maar niks, maar ik vind het een zegen.’’
Stannard en Hartley zien elkaar niet vaker dan één keer per jaar. ,,Ik vind het jammer dat we niet vaker op pad kunnen,’’ bekent Stannard. ,,Maar ja, er zit nog eenmaal een grote oceaan tussen. We kennen elkaar vanaf de lagere school. Toen we dertien waren, speelden we al gitaar en traden wel eens op. We zaten in verschillende bandjes, maar pas een jaar of tien geleden ontdekten we hoezeer we dezelfde muzikale interesses hebben. En zeker als het gaat om countrymuziek. We houden beiden van klassieke en traditionele country. En dat is een stijl die je tegenwoordig niet meer hoort in Nashville. Gelukkig is er hier in Texas nog wel een markt voor.’’
Stannard heeft z’n leven lang van muziek kunnen bestaan. ,,Ik groeide op in een plaats waar Amerikaanse vliegbases waren gevestigd en op school zaten minstens zoveel Amerikaanse jongens als Engelse. Ik groeide dus op als een halve Amerikaan en daar hoorde countrymuziek bij. Toen ik 17 was, kon ik me al beroepsmuzikant noemen. Ik trok heel Europa door met de meest uiteenlopende bands. Als een Amerikaanse countryster naar Europa kwam, werd ik meestal gevraagd om hem te begeleiden. Ja, zo ben ik in die tijd op pad geweest met bekenden countryartiesten als Bobby Bare en Wendell Adkins. In de jaren tachtig woonde ik in Noorwegen omdat ik daar volop aan de bak kon als begeleider van Amerikaanse countryhelden op tournee.’’
,,Op een gegeven ogenblik kreeg ik kennis aan een Amerikaans meisje en toen we trouwden, zijn we naar Texas vertrokken. We wonen in de buurt van Austin. Over werk heb ik hier nooit te klagen gehad, want voor een muzikant als ik is altijd wel werk. Mijn vrouw is zangeres in een rockabillyband en ik ben ook regelmatig met haar op pad. Maar natuurlijk heeft de recessie de muziekwereld niet overgeslagen. Veel gitaristen die ik ken, moeten er een baantje bij hebben om te overleven. Zelfs in Austin, waar 300 clubs zijn. Maar de concurrentie is moordend. Er zijn zoveel muzikanten en die willen allemaal aan de bak. Gelukkig is Texas enorm groot en als je de kroegen en clubs op het platteland niet uit de weg gaat, is er altijd wel werk te vinden voor iemand als ik. En daar ben ik blij om, want ik geniet ervan om op een podium te staan. Ik houd er ook van om steeds weer nieuwe dingen te leren op mijn gitaar. Dan geniet ik en voel ik me weer een tiener. Ik houd er ook van om andere mensen te ontmoeten. Daarom heb ik het gevoel dat ik in de wieg ben gelegd voor rondreizend muzikant.’’
,,Ik beheers heel wat muziekstijlen,’’ vervolgt Stannard. ,,Maar mijn hart gaat uit naar traditionele country. Dat speel ik het liefst, dan ben ik in mijn element. Voordat ik Engeland verliet, had ik een band die alleen instrumentale dingen deed. Daar kon ik me helemaal in uitleven. We speelden nummers als I Can’t Stop Loving You en Take These Chains From My Heart. Heerlijk om te doen. We hebben één album gemaakt en daar ben ik nog steeds trots op.’’